friesjournaal logo

‘Je moet op een Ford TT opnieuw leren rijden’

WORKUM – Overal waar Fokke van den Akker (78) uit Workum met zijn antieke Ford-vrachtwagen verschijnt trekt hij veel bekijks. Zulke oudjes rijden nauwelijks nog rond. Van den Akker is zowat de enige.

Is er in de buurt een mooie oldtimertour, dan is hij van de partij met zijn vrachtauto. Op het houten dienstbord staat zelfs zijn naam aangegeven alsmede de route die vroeger door deze bodedienst werd gereden.

Is dit een erfstuk uit de familie?

‘Nee. Het ligt anders. Het is een hele voorgeschiedenis. Mijn pake Fokke had vroeger wel een identieke vrachtauto met dit verschil dat hij eentje had met een dichthouten bak en deze een huif heeft. Hij was kapitein bij de firma Faber in Workum die drie stoomboten in de vaart had. Toen er in 1928 eentje werden verkocht nam pake de vervoersvergunning van de dienst Workum-Bolsward over. Hij werd dus karrijder zoals je dat vroeger zo noemde. Heit ging niet in de zaak. Hij werd meubelmaker en ging in de jaren dertig in Amsterdam werken. Daar ben ik in het begin van de oorlog geboren. Doordat hij zijn identiteitspapieren had verloren en het dus te gevaarlijk voor hem werd, keerde hij in 1943 terug naar Workum. Pake was toen ziek en heit nam de dienst over. Tijdelijk, dacht hij. Maar hij is vanaf dat moment altijd in de zaak gebleven. Niet lang na zijn terugkeer verdonkeremaande hij de Ford omdat deze door de Duitsers gevorderd dreigde te worden. Als hij niet kon rijden, dan toch zeker de bezetter niet, bezwoer hij. Hij heeft hem uit elkaar gehaald en in delen in het hooi verstopt. De dienst zette hij voort met een vrachtpraam die net als de vrachtauto voor de centrale bakkerij werd ingezet. Na de oorlog werd de Ford echter niet teruggevonden. Omdat er genoeg legertrucks hier achterbleven tikte heit een Bedford op de kop. Met dit voertuig bleef hij meel vervoeren. Na de lagere school ging ik naar de mulo waar ik na drie jaar eindexamen kon doen. Heit wilde graag dat ik door ging leren, maar al op mijn vijftiende was ik bij hem aan het werk. Vijftig kilo zware jutezakken met bakkersmeel droeg ik op mijn schouder. Tegenwoordig zou men dat onmenselijk vinden. Tot mijn achttiende moest ik wachten eer ik mijn vrachtautorijbewijs had en ik eindelijk kon rijden. Het werk nam toe. We gingen door het hele land rijden met hout voor timmerbedrijven, bloempotten en aardewerken drainagebuisjes. Later deden we vooral meubelvervoer. Heit reed tot 1968 en toen ging ik in mijn eentje door. Ik had destijds een D-Ford bakwagen. Later, in 2005, werd ik door nostalgie gedreven en was ik op zoek naar een originele Ford TT, zo eentje dus waar het allemaal mee begon. Dat werd een hele zoektocht via internet. Uiteindelijk kwam ik in Amerika terecht, in Californië. Maar het kostte een vermogen om zo’n auto te kopen en hiernaartoe te halen. En in onderdelen hoefde voor mij niet. Daar kwam bij dat de regelgeving niet in alle staten gelijk is. Californië wilde zulke auto’s niet kwijt en gaf geen uitvoerpapieren af. Via een oom van een maat van mij kon de auto zonder transport worden overgeschreven naar een andere staat, naar Alabama. Drie maanden later was het klaar en kon de Ford in een container naar ons land worden verscheept.’

Was ‘ie in orde?

‘Ik hoefde er niet aan te sleutelen. Ik heb hem uitelkaar gehaald en nagekeken, maar er was geen malheur. Technisch was ‘ie goed. Alleen de cabine moest ik rechtzetten en in de achterkant van de carrosserie zat een gat. Geroest had de auto niet. Vroeger maakte men ijzer van erts en had het een hoog chroomgehalte waardoor de auto goed beschermd is. Het chassis was na een beetje schuren glad en het originele plaatwerk zit er nog op.’

Wat is er bijzonder aan deze Ford TT?

‘Alles. Allereerst het kleine aantal pk’s bij zoveel cilinderinhoud. Daardoor rijdt hij heel langzaam maar hij houdt het lang vol en de motor zal niet gauw afslaan. Als het flink in de rug waait haal ik de vijftig, maar veel sneller dan veertig wil hij niet. Een versnellingsbak heeft deze auto niet, wel een planetaire overbrenging. Dat wil zeggen dat het koppelingssysteem drie trommels heeft met een klemband voor de assen. Als ik weg wil rijden hoef ik niet te schakelen en moet ik alleen maar het pedaal intrappen. Laat ik die opkomen, dan breng ik hem tot stilstand. De motor heeft zowel voor- als achteruit hetzelfde toerental, wat inhoudt dat de snelheid in wezen gelijk is. Mijn Ford is uitgevoerd met een Watford-tussenbak voor het differentieel achter. Dat heeft niet elke Ford TT. Je moet op deze auto opnieuw leren rijden.’  

Waar heb je de auto gestald?

‘In een schuur bij een melkstal. Daar heeft ‘ie een mooi droog plekje.’

Ga je er vaak op uit?

‘Alleen ’s zomers, maar wel regelmatig. Ik ben frijfeint, een loner zeggen ze in Amerika, maar ik hoef niet alleen. Ik heb een vriendin in Nunspeet die vrachtwagenchauffeuse van beroep is. Zij heeft het rijden van een Ford TT onder de knie gekregen.’

Partners