friesjournaal logo

Ynnatura-secretaris Theunis Wiersma, voorzitter Kor Bolhuis van Ynnatura, Chris Bakker (hoofd natuurkwaliteit van It Fryske Gea) en bestuurslid Henk Dommerholt van It Fryske Gea. Natuur is een belangrijk onderdeel in het leven van organisatie-ecoloog Kor Bolhuis (KOR bisnis). Zo was hij als 17-jarige al natuurgids bij het IVN. Bolhuis treedt met zijn benoeming in de raad van toezicht van Natuurmuseum Fryslân in de voetsporen van zijn vader.

KORNWERDERZAND – Ynnatura is een bedrijvennetwerk dat zich inzet voor het versterken en behoud van het Friese Landschap voor wonen, werken en beleven. Elk jaar organiseert de club een excursie die dit jaar de gasten naar de aanleg van de Vismigratierivier in de Afsluitdijk bracht. Een hoogstaand staaltje infrastructuur.

Met de aanleg van de Afsluitdijk werd het praktisch onmogelijk voor vissen om heen en weer te zwemmen tussen Waddenzee, IJsselmeer en de IJssel. Zeker, door het in- en uitwateren via de sluizen is dat kortstondig mogelijk, maar met de Vismigratierivier moeten de trekvisroutes worden verbeterd zodat de vissen die zoet en zout water nodig hebben de kans krijgen op te groeien en zich voort te planten. Ook dieren die vis eten profiteren ervan.

De Vismigratie is een vier kilometer lange meanderende doorgang dwars door de Afsluitdijk, die wordt vernieuwd. Bij hoge waterstanden of storm wordt de Vismigratierivier door het neerlaten van sluisdeuren afgesloten. De Afsluitdijk is natuurlijk een waterkering. Er is een nieuwe waterkering in gebouwd van 20 meter breed, 100 meter land en 8 meter diep. Dat er niet te veel zout water naar het zoetwaterbekken het IJsselmeer moet waar veel drinkwater wordt gewonnen, is evident, maar de Afsluitdijk is een soort membraan; zo lek als een mandje. De vermenging van zoet en zout zorgt voor een lokstroom voor vissen die in het IJsselmeer willen paaien. Per jaar zijn dat zo’n 300 miljoen vissen, waaronder de paling die opgroeit in zoet of brak (zoet/zout) water opgroeit en zich voortplant op grote diepte in de Sargossazee 6.000 km verderop! De larven trekken geholpen door de golfstroom terug naar Europa en ze zullen de Vismigratierivier een welkome entree vinden. Daarna gaan ze naar het IJsselmeer en de rivieren (Rijn, IJssel). Dat de geslachtsrijpe paling zo’n grote afstand kan afleggen heeft te maken met het wegdrijven van het Amerikaans continent van Europa over honderden miljoenen jaren. De paling past zijn uithoudingsvermogen aan. Thans wordt de paling vooral bedreigd door de aalscholver die hier vroeger niet voor kwam en nu op het IJsselmeer de buik volvreet.

Andere trekvissen voor wie de doorgang is bedoeld zijn onder meer zeeforel, fint, elft, Atlantische steur en. zalm, spiering, driedoornige stekelbaars, zeeprik, rivierprik, bot en houting.   

Het gezelschap voer op de Seestern naar de locatie om een bijzonder infrastructuurproject te aanschouwen. 

Partners