friesjournaal logo

Fokke en Trea wonen al jaren met veel plezier in een rustiek dorp in Súdwest Fryslân. Ze genieten daar vanaf 2015 van hun pensioen. In hun werkzame leven hebben ze aardig kunnen sparen. Daarnaast hebben ze een forse prijs van de postcodeloterij belegd in aandelen en in twee winkelpanden. Het rendement en de huur zorgen voor de gewenste aanvulling op het pensioen en de AOW. Alleen op het spaargeld ontvangen ze al een aantal jaren niet of nauwelijks rente. Hun belastingadviseur, Paul, drong er daarom vanaf 2017 op aan om bezwaar te maken tegen de aanslagen inkomstenbelasting, met name omdat de heffing over het spaargeld (box 3) in strijd zou zijn met het recht van eigendom. “Er wordt immers belasting geheven over een verondersteld rendement van 4%, terwijl de rente die de bank vergoedt 0% of zelfs negatief is”, aldus Paul. “Wat is de kans van slagen?”, had Fokke gevraagd. “Moeilijk te schatten”, zei Paul. “Heb maar geen al te hoge verwachtingen”, voegde hij eraan toe. “De wetgever heeft immers veel vrijheid. Maar als je geen bezwaar maakt, zijn je rechten verspeeld, mocht de rechter het beroep toch gegrond achten”. “Wat zijn de kosten?”, vroeg Fokke. “Niet veel, een paar tientjes, want het is een zogenaamde massale procedure”, verzekerde Paul hun. “Akkoord”, besliste het paar. Dit proces herhaalde zich vervolgens nog een paar jaar. Elk jaar de vraag, elk jaar de twijfel, elk jaar toch maar bezwaar maken. 

Tot de Hoge Raad eind 2021 besliste dat de heffing over box 3-inkomen inderdaad strijdig is met het recht. Daarnaast oordeelde hij dat rechtsherstel geboden moest worden aan de bezwaarmakers. Dit betekent dat de belasting over het verschil tussen het veronderstelde en werkelijke rendement aan de belastingplichtigen moet worden terugbetaald.

Toen Paul Fokke en Trea op de hoogte bracht van het goede nieuws, reageerden ze opgewekt. Niet alleen omdat ze een aardige teruggave over de achterliggende vijf jaren tegemoet konden zien, maar ook omdat Paul hen op de mogelijkheid gewezen had. “En nu?”, vroeg Trea. “De Belastingdienst is aan zet, zij komt in 2022 met gewijzigde aanslagen op basis waarvan jullie het te veel betaalde bedrag terugkrijgen”, aldus Paul. 

En zo geschiedde. Het ministerie kwam in het voorjaar van 2022 met het vereiste rechtsherstel. De gekozen methode gaat echter nog steeds niet uit van het werkelijke rendement op alle vermogensbestanddelen. Wederom is gekozen voor veronderstelde rendementen, maar nu voor drie categorieën vermogen, te weten spaargeld, overig vermogen en schulden. 

Als in de zomer de aangepaste aanslagen over de jaren 2017 tot en met 2020 worden ontvangen, zijn Fokke en Trea aangenaam verrast. Door de omvang van hun spaargeld, krijgen ze aanzienlijke bedragen terug. Reden voor Fokke en Trea om het er eens lekker van te nemen op Kreta. Eind goed, al goed, toch? Tot Paul weer aan de lijn hangt, terwijl Trea loopt te zwoegen in Samariakloof. “Ja sorry,” verontschuldigt hij zich, “maar ik zit net de gecorrigeerde aanslagen te bekijken. En nu zie ik dat het werkelijke rendement op de aandelen en de winkelpanden de afgelopen jaren minder bedraagt dan het veronderstelde percentage van ruim 5%. Als ik nog een verzoek voor ambtshalve verminderingen indien voor de jaren 2017 tot en met 2020, kunnen jullie nog een extra bedrag terugkrijgen”. Hij hoorde Trea en Fokke zuchten, en niet alleen door de warmte op het eiland. “Zo blijven we bezig”, zei Trea. “En wat zijn de extra kosten voor jouw werk?” Paul snapte hun onbegrip. “Dit is geen massale procedure, dus het zal wat meer tijd kosten, dus ook iets duurder zijn. Maar deze kosten wegen ruimschoots op tegen de baten”, rekende hij hun voor. “Anders had ik jullie uiteraard niet gebeld.” En zo werd besloten de verzoeken in te dienen. 

“Dit moet toch ook onaangenaam zijn voor de medewerkers van de Belastingdienst?”, vroeg Fokke zich hardop af. “Eerst zorgen dat iedereen een gecorrigeerde aanslag ontvangt, om vervolgens verzoeken om ambtshalve verminderingen retour te krijgen.” “Ik ben niet jaloers”, reageerde Paul ingetogen.

“En hoe zit het nu met de jaren 2021 en 2022?”, vraagt Trea. “Goeie vraag”, reageert Paul. “Voor 2022 hebben we een voorlopige aanslag aangevraagd. Deze zal worden opgelegd als de veronderstelde rendementen voor dit jaar zijn vastgesteld. Dat is dus nog even afwachten. Voor 2021 is de aangifte ingediend. Voor dat jaar zijn de veronderstelde rendementen al vastgesteld. Als het goed is, volgt binnen drie maanden de aanslag. Het kan zijn dat we tegen deze aanslag ook weer bezwaar moeten maken als het werkelijke rendement lager is dan het veronderstelde rendement. Dat zal ik nog berekenen.” “En als het verschil klein is, is 2021 afgewikkeld?” vroeg Fokke zich hoopvol af. “Nou, dán resteert nog de vraag of de aanslag tijdig is opgelegd en niet ten onrechte te veel belastingrente in rekening is gebracht”, antwoordde Paul. “En als wél te veel belastingrente is berekend, wat dan?”, verzuchtte Trea. “Dan zou ik jullie adviseren bezwaar te maken tegen de rentebeschikking”, bleef Paul stoïcijns.

Aan de andere kant van de lijn bleef het even stil. Toen hoorde Paul twee mensen een plons nemen om af te koelen, niet alleen van de warmte. “Logisch”, dacht Paul, “ik zou hetzelfde doen, denk ik”.

 

Partners